aankopen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- aan·ko·pen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van aan vz en kopen ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
aankopen |
kocht aan |
aangekocht |
zwak -cht | volledig |
Werkwoord
aankopen [1]
- overgankelijk door kopen verwerven
- Zij hadden een assortiment mobiele telefoons aangekocht.
Synoniemen
Vertalingen
1. door kopen verwerven
Zelfstandig naamwoord
de aankopen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord aankoop
Gangbaarheid
- Het woord aankopen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "aankopen" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be