Das Schild einer Dienststelle in Karlsruhe, Deutschland
De naamplaat van een instantie in Karlsruhe, Duitsland
  • Dienst·stel·le
Naar frequentie 36161
enkelvoud meervoud
nominatief die Dienststelle die Dienststellen
genitief der Dienststelle der Dienststellen
datief der Dienststelle den Dienststellen
accusatief die Dienststelle die Dienststellen

Dienststelle, v

  1. (economie) afdeling, autoriteit, bureau, dienst, instantie, kantoor
    «Die nach Pommern entsandten Offiziere, die die Aufgabe hatten im engsten Zusammenwirken mit den zivilen und örtlichen militärischen Diensstellen die Lage zu klären, sind nach Berlin zurückgekehrt. [1]»
    De officieren die naar Pommeren waren gestuurd, om in nauwe samenwerking met de civiele en lokale militaire autoriteiten de situatie moesten verhelderen, keerden terug naar Berlijn.
  • eine nachgeordnete Dienststelle
een ondergeschikte afdeling
  • eine vorgesetzte Dienststelle
een hogere afdeling
  1. Uit de krant "Ingolstädter Volksblatt", Ausgabe Nr. 88 vom 20.04.1920, p. 4, middelste kolom:
    Nun braucht es nur noch wahr zu sein (geraadplegd 2019-05-23)