Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: Zittend


  • zit·tend
vervoeging van: zitten
verbogen vorm: zittende

zittend

  1. onvoltooid deelwoord van zitten
stellend
onverbogen zittend
verbogen zittende
partitief zittends

zittend

  1. op het achterste rustend met het bovenlichaam rechtop
     Omdat het toen nog steeds te krap was, moest één jongen zittend in de hoek gaan slapen.[1]
  2. met weinig lichaamsbeweging
  3. in functie zijnd
99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]
  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers  
  2.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be