zeepolder
- zee·pol·der
- samenstelling van zee en polder
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zeepolder | zeepolders |
verkleinwoord | zeepoldertje | zeepoldertjes |
de zeepolder m
- polder die ontstaat langs de kust, door bedijking van kwelders, als deze hoog genoeg zijn aangeslibd
1. polder die onstaat langs de kust, door bedijking van kwelders, als deze hoog genoeg zijn aangeslibd
- Het woord zeepolder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.