zangbalk
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zang·balk
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zang zn en balk zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zangbalk | zangbalken |
verkleinwoord | zangbalkje | zangbalkjes |
Zelfstandig naamwoord
zangbalk m
- (muziek) een balk in de lengterichting bevestigd onder het bovenblad van de klankkast van een snaarinstrument
- De zangbalk zit onder de kamvoet aan de kant van de lage snaren, onder de andere kamvoet zit de stapel.
Vertalingen
1. een balk in de lengterichting bevestigd onder het bovenblad van de klankkast van een snaarinstrument
Gangbaarheid
- Het woord 'zangbalk' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.