1. Een zakpluis wordt bij het verwijderen tussen de vingers gehouden.
  • zak·pluis
  • samenstelling van  zak zn "onderdeel van kleding om kleine dingen in mee te nemen"  en  pluis zn "vlok droge, lichte stof" 
enkelvoud meervoud
naamwoord zakpluis zakpluizen
verkleinwoord zakpluisje zakpluisjes

het zakpluiso

  1. (textiel) samengeklitte textielvezeltjes die ontstaan onderin bergplaatsen in kleren, zoals jaszakken en broekzakken
     Candace haalde een gekreukt stuk vochtig papier uit haar zak, samen met een stuk vuil zakpluis en een paar centen.[1]
     Hij haalde de pil uit zijn zak, helemaal onder de blauwe zakpluizen.[2]
  1.   Weblink bron
    Didi Oviatt (vert. Marlies Perman)
    “De zoektocht naar Maylee” (2020), Babelcube Inc.,, ISBN 9781071582398, hfst. 1
  2.   Weblink bron
    Martine Leavitt (vert. Aleid van Eekelen-Benders)
    “Superhero” (2005), Lemniscaat Publishers, Rotterdam, ISBN 9789056376697, p. 33