wreker
- wre·ker
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wreker | wrekers |
verkleinwoord | wrekertje | wrekertjes |
de wreker m
- iemand die zich wreekt, wraak neemt
- De wreker ging recht op het slachtoffer af.
- Het woord wreker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "wreker" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be