• wra·king
enkelvoud meervoud
naamwoord wraking wrakingen
verkleinwoord

de wrakingv

  1. (juridisch) een procedure bij de rechtbank, die bedoeld is om de objectiviteit van een rechter te beoordelen
    • De sfeer in de rechtszaal is inmiddels niet meer zo vrolijk. Van Tongerloo zegt 'schijt te hebben aan een proces verbaal', Den Hartog Jager is kwaad en is kort over de derde wraking van de dag. ,,Dat gaan we niet doen." [2] 
    • Woensdag wraakte zijn advocaat Inez Weski de rechtbank toen die weigerde de zaak tegen F. aan te houden voor nader onderzoek naar de Ennetcom-data. Weski vond dat het Openbaar Ministerie (OM) 'geen controleerbaar inzicht' heeft gegeven in de manier waarop uit de miljoenen versleutelde e-mails de voor F. belastende gegevens zijn verzameld en wilde dat dat alsnog gebeurde. Ook vroeg zij tijd voor extra onderzoek. Gisteren werd de wraking ongegrond verklaard. [3] 
    • Wraking: Toch denkt hij dat er genoeg instrumenten zijn om problemen te voorkomen. Zo kan een rechter zichzelf terugtrekken, of kan hij gewraakt worden als hij een belang in de zaak heeft die hij behandelt. Ook is er dus al het register voor nevenfuncties, die ook wordt uitgebreid. Rechters moeten hun ‘bijbanen’ van de laatste zes jaar daarin laten opnemen, nu is dat nog van de laatste drie jaar. [4] 
83 % van de Nederlanders;
72 % van de Vlamingen.[5]