woonadres
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- woon·adres
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van woon ww en adres
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | woonadres | woonadressen |
verkleinwoord | woonadresje | woonadresjes |
Zelfstandig naamwoord
het woonadres o
Antoniemen
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord woonadres staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "woonadres" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be