woekering
- woe·ke·ring
- Naamwoord van handeling van woekeren met het achtervoegsel -ing[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | woekering | woekeringen |
verkleinwoord |
de woekering v
- iets wat veel te heftig, ongewenst en ongecontroleerd is gegroeid
- Ook waterschappen beleven plezier aan de drone. Foto’s vanuit de lucht helpen overzicht te krijgen over de woekering van exotische waterplanten zoals de grote waternavel en de waterhyacint. Die kunnen ander waterleven verstikken en pompinstallaties verstoppen. [2]
- Die verbinding geldt voor alle kunstwerken op deze soms speelse, soms ernstige en kwalitatief hoogstaande manifestatie Into Nature: gepolijst blauw natuursteen is óók een kunstwerk en zwartgebeitste sprokkelhouten zijn verkoolde sculpturen in de wilde woekering van een tuinbouwkas. [3]
- Het woord woekering staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "woekering" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Reformatorisch Dagblad Theo Haerkens 17-05-2017 „Lonkend perspectief drone voor natuuronderzoek kent grenzen”
- ↑ NRC Kester Freriks 4 juli 2018 Sculptuur en natuur in Drenthe verstrengeld
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be