witte schijfhoren
- (IPA in voorbereiding)
- wit·te schijf·ho·ren
- verbinding van witte en schijfhoren
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | witte schijfhoren | witte schijfhorens |
verkleinwoord | wit schijfhorentje | witte schijfhorentjes |
het witte schijfhoren o
- (buikpotigen) Gyraulus albus een slakkensoort uit de familie van de Planorbidae . De wetenschappelijke naam van de soort werd in 1774 als Planorbis albus voor het eerst geldig gepubliceerd door Otto Friedrich Müller
- Het woord 'witte schijfhoren' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.