witkoplangoer
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- wit·kop·lan·goer
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van witkop zn en langoer zn
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | witkoplangoer | witkoplangoeren |
| verkleinwoord | witkoplangoertje | witkoplangoertjes |
Zelfstandig naamwoord
de witkoplangoer m
- (primaten) Trachypithecus poliocephalus
primaat uit de familie van de apen van de Oude Wereld (Cercopithecidae). De wetenschappelijke naam van de soort werd voor het eerst geldig gepubliceerd door Pousargues in 1898. De soort komt voor in Vietnam
Hyperoniemen
- apen van de Oude Wereld, smalneusapen, apen, primaten, zoogdieren, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Gangbaarheid
- Het woord 'witkoplangoer' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.