wegrace
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- weg·race
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van weg zn en race zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wegrace | wegraces |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (sport) race op de openbare weg met fiets of motorvoertuig
- Twee mannen die volgens justitie in maart een ongeval veroorzaakten tijdens een wegrace in Rotterdam, moeten zich maandag voor de rechtbank verantwoorden. [2]
- Van Vleuten, thuis aan het herstellen van een bij de WK-wegrace opgelopen kniebreuk, zei vaker dat tijdritten voor vrouwen wat haar betreft net zo lang als die voor de mannen mogen zijn. "Maar voor mij persoonlijk maakt het niet zo veel uit. Ik kan goed uit de voeten in korte prologen en in langere tijdritten." [3]
- Dovizioso eindigt het wereldkampioenschap als tweede. Rossi beëindigt zijn 23e seizoen in het WK wegrace als derde in de MotoGP, de klasse waarin de 39-jarige Italiaan zeven wereldtitels vergaarde. [4]
Antoniemen
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord wegrace staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "wegrace" herkend door:
89 % | van de Nederlanders; |
87 % | van de Vlamingen.[5] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Reformatorisch Dagblad 2 juli 2004 Justitie vervolgt Rotterdamse straatracers
- ↑ Tubantia 10 oktober 2018 Olympische tijdrit over heuvelachtig parcours bij Mount Fuji
- ↑ Tubantia 18 november 2018 Márquez onderuit tijdens crashfestival in Valencia, Dovizioso wint
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be