weeromstuit
- Geluid: weeromstuit (hulp, bestand)
- IPA: / werˈɔmstœyt / (3 lettergrepen)
- weer·om·stuit
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | weeromstuit | - |
verkleinwoord |
de weeromstuit m
- teruɡkaatsing nadat iets met vaart geraakt is (zelden buiten onderstaande uitdrukking)
- ▸ De kijkcijfers dalen wanneer de kijker niet geamuseerd is. Dus moet er, tegen de klippen op, gelachen worden. Wat zal de weeromstuit zijn wanneer er eens niet gelachen kan worden?[2]
- van de weeromstuit(figuurlijk) als heftige reactie
- • Nadat het land forse kritiek kreeg wegens mensenrechtenschendingen, riep het van de weeromstuit zijn ambassadeur terug voor overleg.
- • We denken dat de samenleving verhardt en verlangen van de weeromstuit terug naar de geborgenheid van de jaren '50. [3]
- Het woord weeromstuit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron J.L. HeldringDezer dagen : Het lachen zal hun vergaan in: NRC Handelsblad (5 juli 2007), p. 7
- ↑ Thom de Graaf op D66-congres Arnhem