waterlek
- wa·ter·lek
- samenstelling van water zn en lek zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | waterlek | waterlekken |
verkleinwoord |
het waterlek o
- de plaats waar water lekt uit een leiding of ergens anders uit dat eigenlijk waterdicht had moeten zijn
- Het VUmc besloot over te gaan tot evacuatie nadat een gesprongen waterleiding eerder op de dag tot veel wateroverlast leidde. Door het waterlek liep de onderste verdieping van het ziekenhuis onder water, waardoor de elektriciteit deels uitviel.[1]
- Een loodgieter, opgeroepen vanwege een simpel waterlek, had de veiligheidsdiensten gealarmeerd nadat hij in een appartement toevallig iets had gezien wat volgens hem van pas kon komen bij het maken van explosieven.[2]
- Het woord waterlek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "waterlek" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Het Parool JOSIEN WOLTHUIZEN 8 SEPTEMBER 2015 VUmc evacueerde honderden patiënten na overstroming
- ↑ Tubantia Gyurka Jansen 10-SEPTEMBER-2017 Arrestant uit Frans pand met explosieven had banden met IS
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be