Nederlands

 
wapendepot
Uitspraak
Woordafbreking
  • wa·pen·de·pot
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord wapendepot wapendepots
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

wapendepot m/o [1]

  1. (militair) plaats waar wapens zijn opgeslagen
     In huis was een wapendepot gevonden en een contrarevolutionaire organisatie opgerold.[2]
     Maandag ging het ook al mis op een militaire basis in Rusland. In het oosten van Siberië vatte een wapendepot vlam en die brand veroorzaakte een reeks van explosies. Tienduizenden mensen in een straal van 12 kilometer rond het depot moesten worden geëvacueerd.[3]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Dokter Zjivago” (1957), G.A. van Oorschot  , ISBN 9789028261396
  3.   Weblink bron “Twee doden bij explosie in militaire basis in Rusland” (08-08-2019), NOS