voorspant
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- voor·spant
Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als zelfstandig naamwoord
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van voor en spant [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | voorspant | voorspanten |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het voorspant o
- (scheepvaart) spant van het voorschip
Werkwoord
vervoeging van |
---|
voorspannen |
voorspant
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorspannen
- ... dat jij voorspant.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorspannen
- ... dat hij voorspant.
Gangbaarheid
- Het woord voorspant staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.