Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • volks·kunst
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord volkskunst volkskunsten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de volkskunstv

  1. (kunst) kunstnijverheid gemaakt door amateurs
     'Het geboortehuis van Lenin is nu een museum voor volkskunst,'zegt Valentina trots.[2]
     Bijkerk volgde aan de AKI in Enschede een kunstopleiding. In combinatie met haar fascinatie voor volkskunst en liefde voor natuurlijke materialen als linnen en riet, ontstond een bijzondere expositie.[3]
  2. (kunst) kunst die door grote groepen van de bevolking wordt gewaardeerd
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Het brilletje van Tsjechov : reizen door Rusland” (2014), Atlas Contact  , ISBN 9789045024875
  3.   Weblink bron “Stof tot Nadenken bij Bussemakerhuis Borne” (17-02-2017), Tubantia