Nederlands

 
toegang tot een toevluchtsoord
Uitspraak
Woordafbreking
  • vlucht·oord
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vluchtoord vluchtoorden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

vluchtoord o [1]

  1. plaats waarnaar je kunt vluchten om veilig te zijn
    • In Haifa ligt een ondergrondse parkeergarage, die in een mum van tijd omgevormd kan worden tot een ziekenhuis voor tweeduizend bedden. Een vluchtoord voor als het oorlog wordt.[2] 
    • In de VS worden daarom zelfs oude nucleaire raketsilo’s omgebouwd tot vluchtoorden voor de superrijken. Dat gebeurde bijvoorbeeld in de staat Kansas. Daar werd zo’n bunker omgebouwd tot een complex van 12 luxueuze, superbeveiligde appartementen. Met bewapende bewakers voor de blast doors en genoeg voorraden om 75 mensen het daarbinnen 5 jaar lang uit te laten houden. Kostprijs: zo’n 3 miljoen dollar per unit. Ze zijn allemaal verkocht.[3] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen