vliegtuigbouwer
- vlieg·tuig·bou·wer
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vliegtuigbouwer | vliegtuigbouwers |
verkleinwoord |
de vliegtuigbouwer m
- (luchtvaart) (beroep) iemand die vliegtuigen bouwt en ontwerpt
- (economie) (luchtvaart) bedrijf dat vliegtuigen bouwt en ontwerpt
- ▸ Vliegtuigbouwer Airbus gaat de sonde bouwen die stenen van het oppervlak van Mars naar de aarde moet brengen. Airbus-baas Dirk Hoke twittert dat zijn bedrijf de opdracht heeft gekregen voor de zogenoemde Earth Return Orbiter. Rond 2031 moeten de eerste Marsstenen zijn opgehaald.[2]
- ▸ In 2022 levert Boeing de allerlaatste 747 aan een klant en dan is het afgelopen met het toestel. Dat zegt de vliegtuigbouwer in een brief aan het personeel.[3]
- Het woord vliegtuigbouwer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron NOS Nieuws“Airbus bouwt sonde die Marsstenen terugbrengt naar aarde” (Woensdag 29 juli 2020, 15:56), NOS
- ↑ Weblink bron NOS Nieuws“Einde van de jumbojets, Boeing stopt met de 747” (Woensdag 29 juli 2020, 16:13), NOS