verkeersbureau
- Geluid: verkeersbureau (hulp, bestand)
- IPA: / vərˈkersbyˌro / (4 lettergrepen)
- ver·keers·bu·reau
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | verkeersbureau | verkeersbureaus |
verkleinwoord | - | - |
het verkeersbureau o
- (toerisme) organisatie die reizigers informeert, meestal met het doel meer bezoekers naar een land, streek of plaats te trekken
- ▸ Een paar dagen weg met een jong kind, het is een trend, volgens Agnes van Duffelen, eigenaar van een pr-bedrijf voor de toeristische sector. „Ook verkeersbureaus zien dit”, zegt ze.[1]
- ▸ Door het nationale verkeersbureau liet hij zich vorig jaar inschakelen als ‘toeristisch en culinair ambassadeur voor Spanje’.[2]
- (bedrijf), (transport) onderneming die adviezen uitbrengt over mogelijkheden om de veiligheid of doorstroming van wegvervoer te verbeteren
- ▸ De meeste klappen – een verkeersbureau telde er 79 in de afgelopen vijf jaar – leiden tot verwondingen of blikschade, maar dit jaar vielen er ook drie doden kort na elkaar.[3]
- ▸ Om verdere opstoppingen en files op de S100 in Nijmegen te voorkomen, zijn extra maatregelen nodig, blijkt uit onderzoek van verkeersbureau Goudappel Coffeng.[4]
- [1] toeristenbureau
- [1] VVV
- [2] verkeerskundige
- Het woord verkeersbureau staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Annemiek Leclaire“Hoe overleef ik de vakantie met mijn vader?” (7 december 2013) op nrc.nl
- ↑ Weblink bron Merijn de Waal“In vrijheid koken, zonder sterren” (4 oktober 2011) op nrc.nl
- ↑ Weblink bron Freek Schravesande“Langs ‘de dodenweg’ wachten omwonenden op de volgende klap” (6 mei 2021) op nrc.nl
- ↑ Weblink bron Geert Willems“Zo loopt Nijmegen vast, actie is nodig” (11 december 2018), fotobijschrift op destentor.nl