vagetariër
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vagetariër (hulp, bestand)
- IPA: / ˌvɑɣəˈtarijər / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- va·ge·ta·riër, va·ge·ta·ri·er
Woordherkomst en -opbouw
- versmelting van vaag bn en vegetariër zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vagetariër | vagetariërs |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de vagetariër m
- (persoon) (voeding) iemand die bewust minder vlees eet
- ▸ Ik ben ‘vagetariër’; één keer in de week eet ik geen vlees.[1]
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
Gangbaarheid
- Het woord 'vagetariër' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Peter Dullaert (geciteerd)“Peter Dullaert: ‘Ik ben ongeneeslijk katholiek’” (13 januari 2020) op nrc.nl