Frans

Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  vache     la vache     vaches     les vaches  

Zelfstandig naamwoord

vache v

  1. koe
  2. (scheldwoord) rotvent, smeerlap[1]
  3. (spreektaal) smeris, juut
    «Mort aux vaches
    Weg met de politie![1]
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
  • [1] le placher des vaches
    de vaste wal (de grond)
  • [1] manger de la vache enragée
    gebrek lijden
  • [1] vache à lait
    melkkoe: koe om te melken, (figuurlijk) uitgebuit persoon, ding of bedrijf
  enkelvoud meervoud
  mannelijk  /
  vrouwelijk  
vache vaches

Bijvoeglijk naamwoord

vache

  1. (informeel) klote, rot, gemeen
    «La prof de math, elle a été vache avec moi, elle m’a enlevé des points à moi et pas aux autres.»
    De wiskundelerares is gemeen tegen me geweest, ze heeft bij mij punten afgetrokken en niet bij de anderen.[1]
Afgeleide begrippen

Verwijzingen