uitspanning
- Geluid: uitspanning (hulp, bestand)
- uit·span·ning
- Naamwoord van handeling van uitspannen met het achtervoegsel -ing [1][2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | uitspanning | uitspanningen |
verkleinwoord | uitspanninkje | uitspanninkjes |
de uitspanning v
- gelegenheid waar men even bij kan komen en wat genieten (van een hapje of een drankje), pleisterplaats, herberg
- Het woord uitspanning staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "uitspanning" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
73 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ uitspanning op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be