trouwambtenaar
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- trouw·amb·te·naar
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van trouw ww en ambtenaar
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | trouwambtenaar | trouwambtenaars trouwambtenaren |
verkleinwoord | trouwambtenaartje | trouwambtenaartjes |
Zelfstandig naamwoord
de trouwambtenaar m
- (beroep) ambtenaar van de Burgerlijke Stand die is aangesteld door het gemeentebestuur met als taak het voltrekken van huwelijken, het registreren van partnerschappen en het omzetten daarvan
- De gemeente Lelystad beschikt over een enthousiast team van trouwambtenaren.[1]
Vertalingen
1. ambtenaar van de Burgerlijke Stand die is aangesteld door het gemeentebestuur met als taak het voltrekken van huwelijken, het registreren van partnerschappen en het omzetten daarvan
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord trouwambtenaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.