trilbeton
- tril·be·ton
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | trilbeton | |
verkleinwoord |
het trilbeton o
- (bouwkunde) beton dat door trillen verdicht is
- Nu de kunstwerken veilig onder dak waren en voor de arbeiders leegloop of transport naar Duitsland dreigde, had men in de afbouwfase niet zoveel haast meer. Blijkens de weekverslagen nam men bijvoorbeeld twee maanden voor het boucharderen van de luifel en het frijnen van de kozijnen van trilbeton. [2]
- Johan en Martijn Pijffers (vader en zoon) van Eurol, de broers Henk en Mark Oogink van Oogink Trilbeton en Gert Jan Keupers van Serbo Serres en inspiratiepark Serbonne zijn door een speciale commissie van de Businessclub Hellendoorn-Nijverdal genomineerd voor de titel 'Ondernemer van het jaar 2010'. [3]
1. beton dat door trillen verdicht is
- Het woord trilbeton staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "trilbeton" herkend door:
76 % | van de Nederlanders; |
76 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Miranda Maring (1995)– [tijdschrift] Jaarboek Monumentenzorg Het Paaslo-Pantheon: monument van Kunstbescherming
- ↑ Tubantia 17-01-11 Drie genomineerden voor ondernemerstitel
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be