• trek·kend
vervoeging van: trekken
verbogen vorm: trekkende

trekkend

  1. onvoltooid deelwoord van trekken
     Afgezonderd van de maatschappij als een nomadenstam van dal naar dal trekkend, constant in beweging.[1]
 
[1] twee vrouwen trekkend aan een touw
stellend
onverbogen trekkend
verbogen trekkende
partitief trekkends

trekkend

  1. bezig met trekken
    • De gestroomlijnde vorm van de caravan leidt tot minder luchtweerstand en dus een lager brandstofverbruik van de trekkende auto. [2] 
    • Die omlaag trekkende kracht valt eind dit jaar echter weg. 2019 kan wel eens het jaar worden waarin de langetermijnrentes in landen zoals Duitsland en Nederland een inhaalslag gaan maken. Daarom houden wij de duration in ons obligatiefonds op nul. Als de rentes gaan stijgen, krijgen wij geen slapeloze nachten. [3] 
  2. bezig met reizen
    • Vermoedelijk gaat het hier om een trekkende wolf die afkomstig is uit Duitsland. [4] 


  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers  
  2. Tubantia Niek Schenk 13-06-19 Ook de caravan krijgt een energielabel
  3. De Telegraaf ERIK BAKKER 06 sep. 2018 Column: Personeel gezocht in VS
  4. De Telegraaf 14 apr. 2018 Wolf duikt vermoedelijk op bij Appelscha: vastgelegd op camera