Nederlands

 
een tongstrelend gerecht
Uitspraak
Woordafbreking
  • tong·stre·lend
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen tongstrelend tongstrelender tongstrelendst
verbogen tongstrelende tongstrelendere tongstrelendste
partitief tongstrelends tongstrelenders -

Bijvoeglijk naamwoord

tongstrelend

  1. van voeding of drank dat het heel erg lekker is
    • Volgens de resultaten van een onderzoek van het CBS grijpen vooral veel hoogopgeleide 65-plussers graag en vaak veel naar de fles. Deze babyboomers, voorzien van een voortreffelijk pensioen genieten vooral van exquise wijnen met een tongstrelende afdronk. En dat is zeker niet weggelegd voor hun financieel minder fortuinlijke leeftijdgenoten, die het moeten stellen met een eenvoudig pilsje.[1] 
    • Verder is er een professionele Nederlandse chaletstaf aanwezig. Zij zorgt edere dag voor een uitgebreid ontbijt en na het skiën staat er een huisgemaakt zoet/hartig hapje voor je klaar. En ’s avonds? Dan serveert de staf een tongstrelend driegangendiner. Inclusief onbeperkt drankjes (wijn, bier, fris, sapjes, koffie, thee)[2] 
Synoniemen

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
95 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. de Telegraaf 18 aug. 2016
  2. de Telegraaf 14 dec. 2015
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be