territorialiteitsbeginsel

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ter·ri·to·ri·a·li·teits·be·gin·sel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord territorialiteitsbeginsel territorialiteitsbeginselen
territorialiteitsbeginsels
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het territorialiteitsbeginselo

  1. (juridisch) (politiek) het beginsel dat het recht van het land waar een persoon zich bevond of waar een handeling werd verricht van toepassing is

Meer informatie

Gangbaarheid