televisieserie

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  televisieserie    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌteləˈviziˌseri / (6 lettergrepen)
  • (Noord-Nederland): /ˌteləˈviziˌsɪːri/
  • (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˌteləˈviziˌseːri/

Woordafbreking

• te·le·vi·sie·se·rie

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  televisie  en  serie 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	televisieserie	televisieseries
verkleinwoord	televisieserietje	televisieserietjes

Zelfstandig naamwoord

de televisieserie v

1. een opeenvolging van afleveringen van een programma op de televisie

   • Owens speelde in de jaren 80 schoonzoon Elvin in de hitserie. Alhoewel hij in de jaren daarna geregeld kleine gastrolletjes had in televisieseries, bleef het grote werk uit voor de inmiddels 57-jarige. Hij ging daardoor werken buiten de entertainmentindustrie, en werd afgelopen week door een klant gefotografeerd in de supermarkt waar hij een baan heeft. De foto kwam online te staan, waar veel mensen honend reageerden.  

Vertalingen

    1. een opeenvolging van afleveringen van een programma op de televisie   

Duits: Fernsehserie (de) v Engels: television series (en)

Frans: série télévisée (fr) v Spaans: serie televisiva (es) v

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Gangbaarheid

• Het woord televisieserie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.