Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • tand·mot
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord tandmot tandmotten
verkleinwoord tandmotje tandmotjes

Zelfstandig naamwoord

de tandmotv / m

  1. (vlinders) Euchromius ocellea   een vlinder uit de familie van de Crambidae  , de grasmotten. De vlinder heeft een spanwijdte tussen de 16 en 27 millimeter. De vlindertjes zijn te herkennen aan de opvallende rij witomrande zwarte vlekjes langs de achterrand van de voorvleugel
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie