tandboomkikker
- (IPA in voorbereiding)
- tand·boom·kik·ker
- samenstelling van tand zn en boomkikker zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tandboomkikker | tandboomkikkers |
verkleinwoord | tandboomkikkertje | tandboomkikkertjes |
de tandboomkikker m
- (kikkers) Gastrotheca guentheri een kikker uit het geslacht van de buidelkikkers (Gastrotheca) en de familie Hemiphractidae
- Het woord 'tandboomkikker' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.