stekelzaad

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  stekelzaad    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• ste·kel·zaad

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  stekel zn  en  zaad zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	stekelzaad	stekelzaden
verkleinwoord	stekelzaadje	stekelzaadjes

Zelfstandig naamwoord

het stekelzaad o

1. (bloemplanten) Lappula squarrosa  een kleine een- tot tweejarige kruidachtige plant in de ruwbladigenfamilie (Boraginaceae ). In de Benelux komt de plant voornamelijk in de duinen voor, hierbuiten is ze zeldzaam geworden. De plant is een adventief uit Zuid-Europa en Noord- en Zuid-Azië. De plant wordt 10-50 cm hoog. De bladeren zijn zittend aan de stengels bevestigd en grijsachtig behaard

Hyperoniemen

• ruwbladigenfamilie, zaadplanten, asteriden, bedektzadigen, landplanten, planten

Gangbaarheid

• Het woord 'stekelzaad' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

• [1] stekelzaad in het Nederlands Soortenregister N
• [1] stekelzaad op Wikidata