stadsgas
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- stads·gas
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | stadsgas | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het stadsgas o
- (historisch) uit steenkool gemaakt mengsel van vluchtige brandstoffen, zoals dat in de 19e en 20e eeuw via pijpleidingen in dicht bevolkte gebieden werd verspreid voor verlichting en verwarming; later meestal vervangen door aardgas
- ▸ In gasfabrieken werd uit steenkool stadsgas gemaakt.[1]
Synoniemen
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord stadsgas staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “De Gashouder gaat vanaf november van het gas af” (12 oktober 2022) op nu.nl