sleepruim
- Geluid: sleepruim (hulp, bestand)
- IPA: / ˈsleprœym / (2 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˈsle.prœʏ̯m/
- (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˈsle.prœːm/
- slee·pruim
- In de betekenis van ‘heester, vrucht daarvan’ voor het eerst aangetroffen in 1599 [1]
- Samenstelling van slee (de naam van de sleedoorn) en pruim.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | sleepruim | sleepruimen |
verkleinwoord | sleepruimpje | sleepruimpjes |
- de vrucht van de sleedoorn (Prunus spinosa)
- Van sleepruimen wordt onder meer sloe gin gemaakt, een sterke likeur.
1. de vrucht van de sleedoorn (Prunus spinosa)
- Het woord 'sleepruim' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.