• slang·ach·tig
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen slangachtig slangachtiger slangachtigst
verbogen slangachtige slangachtigere slangachtigste
partitief slangachtigs slangachtigers -

slangachtig

  1. (dierkunde) met de vorm of het gedrag van een langgerekt reptiel zonder poten
    • Het slangachtige dier ging weer snel het water in. 
     Maar nu blijkt deze aparte amfibiesoort met zijn slangachtige levensstijl er ook een ‘slangachtige’ gifbeet op na te houden. En mogelijk was de wormsalamander zelfs eerder met deze innovatie, oppert Jared, aangezien wormsalamanders evolutionair gezien honderd miljoen jaar ouder zijn dan slangen.[1]
     Via een Geheime Kamer komt Harry bij een slangachtig Voldemortmonster met dodelijke blik, een basilisk.[2]
  2. onopvallend vloeiend en verrassend snel, als de beweging van een slang
     Op het rechte stuk haalt een shorttracker zijn schaatsen bijna niet van het ijs. Ze glijden, maken met de ijzers haast slangachtige bewegingen en kijken zo nu en dan over hun schouder om eventuele inhaalacties te pareren.[3]
  3. (figuurlijk) zonder medegevoel met kwaadaardige bedoelingen misleidend
     Michaël Pas als Jago is ijzersterk in zijn listige, slangachtige woordenspel.[4]
  4. met een zeer langgerekte gladde, ronde vorm
     Zo liet Almere René van Zuuk een slangachtig gebouw ontwerpen en stelde Den Haag zich kandidaat met twee gigantische boomstronken van Liesbeth van der Pol.[5]
  1.   Weblink bron
    Sander Voormolen
    “Verrassing: amfibie met gifbeet als een slang” (10 juli 2020) op nrc.nl  
  2.   Weblink bron
    Paul Steenhuis
    “10 jaar Harry Potter in 10 minuten: de Potter-trivia encyclopedie” (21 juli 2007) op nrc.nl  
  3.   Weblink bron
    Pepijn Keppel
    “Altijd maar linksaf, wat doet dat met een schaatser?” (24 januari 2020) op nrc.nl  
  4.   Weblink bron
    Kester Freriks
    “Meedogenloze Othello in Valkenburg” (8 juli 2015) op nrc.nl  
  5.   Weblink bron
    Bernard Hulsman
    “Een gebouw met een twist” (30 november 2007) op nrc.nl