scholastisch
- scho·las·tisch
- afgeleid van scholastiek met het achtervoegsel -isch
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | scholastisch | scholastischer | |
verbogen | scholastische | scholastischere | |
partitief | scholastisch | scholastischers | - |
scholastisch
- betrekking hebbend op de scholastiek (een middeleeuwse filosofie die trachtte op wetenschappelijke wijze god te vinden)
1. betrekking hebbend op de scholastiek (een middeleeuwse filosofie die trachtte op wetenschappelijke wijze god...)
- Het woord scholastisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "scholastisch" herkend door:
43 % | van de Nederlanders; |
58 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be