• schiet·par·tij
enkelvoud meervoud
naamwoord schietpartij schietpartijen
verkleinwoord schietpartijtje schietpartijtjes

de schietpartijv

  1. een confrontatie waarbij partijen elkaar beschieten
    • Bij die schietpartij kwamen een drietal bandieten om het leven en raakte een politieman licht gewond. 
100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be