rugbybal

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  rugbybal    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• rug·by·bal

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  rugby  en  bal 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	rugbybal	rugbyballen
verkleinwoord	rugbyballetje	rugbyballetjes

Zelfstandig naamwoord

de rugbybal m

1. (sport) de bal die wordt gebruikt bij het spelen van rugby.

   • De rugbybal werd in het doel getrapt. 

Verwante begrippen

• balspel
• rugbyen, rugbyclub, rugbyer, rugbyploeg, rugbyteam, rugbyspeler, rugbyveld, rugbywedstrijd

Gangbaarheid

• Het woord rugbybal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "rugbybal" herkend door:

97 %	van de Nederlanders;
96 %	van de Vlamingen.