roodoogjuffer
- (IPA in voorbereiding)
- rood·oog·juf·fer
- samenstelling van roodoog zn en juffer zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | roodoogjuffer | roodoogjuffers |
verkleinwoord | roodoogjuffertje | roodoogjuffertjes |
de roodoogjuffer v
- (libellen) libel uit het geslacht Erythromma van libellen (Odonata) uit de familie van de waterjuffers (Coenagrionidae)
- Het woord 'roodoogjuffer' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.