rijsdam
- rijs·dam
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | rijsdam | rijsdammen |
verkleinwoord | rijsdammetje | rijsdammetjes |
de rijsdam m
- (waterbeheer) langgerekte waterkering, gemaakt van rijshout, met water aan beide kanten
- ▸ Decennialang vormden de kosten voor herstel en onderhoud een bron van discussie tussen de Staten van Holland en de ingelanden. Nadat gebleken was dat de aanleg van rijsdammen voor het Flaauwe Werk onvoldoende effect sorteerde, werd de strategie in 1756 gewijzigd.[2]
- Het woord 'rijsdam' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Dick Mastbergen; Kees Nederhoff; Ellen Quataert“Beheerbibliotheek Voorne en Goeree” (2019), Deltares, p. 85