Een reuzenrad in een pretpark.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • reu·zen·rad
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord reuzenrad reuzenraderen
reuzenraden
verkleinwoord reuzenradje reuzenradjes

Zelfstandig naamwoord

het reuzenrado

  1. kermisattractie met zitplaatsen die gelijkmatig rondom aan een huizenhoog wiel hangen dat draait om een horizontale as
    • Dirk Hut, van oorsprong Groninger, stond beneden op het platform en kon het zwiepende gevaarte maar nét ontwijken. Daarbij kwam hij hard tussen afgebroken onderdelen van het reuzenrad terecht. [1] 
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Tubantia Chris Klomp & Victor Schildkamp 10-01-17 Reuzenrad slaat op drift: Nederlander breekt ribben
  2.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be