• reuk·zout
enkelvoud meervoud
naamwoord reukzout
verkleinwoord

het reukzouto

  1. anorganische verbinding, die aan de lucht of bij verwarming gemakkelijk ontleedt en bij die ontleding komt naast water en koolstofdioxide het irriterende ammoniak vrij
    • Wie op 17 februari 1927 de Londense première van het toneelstuk Dracula bezocht, was gewaarschuwd: naast het podium stond een verpleegster in uniform met een grimmig gezicht en een flesje reukzout in haar hand. Toeschouwers die bezwijmden door het gesol met de lichamen van meisjes door de bloedzuigende graaf op het podium, werden in de gangpaden weer bij kennis gebracht door de zuster, een potig type dat de regisseur speciaal in het Queen Alexandra Hospital had laten uitzoeken op haar geruststellende uiterlijk. [2] 
    • De op dit moment o zo hippe enveloptas – voor insiders: clutchbag of clutch – is al diverse keren uitgeroepen tot de tas die je moet hebben. De tas, zo groot als een gewone envelop en zonder hengsels, was in de Victoriaanse tijd al populair onder vrouwen. Groot genoeg voor een zakdoek en wat reukzout, want meer hadden ze toch niet nodig. [3] 
83 % van de Nederlanders;
85 % van de Vlamingen.[4]