Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ra·dio·ba·ken
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord radiobaken radiobakens
verkleinwoord radiobakentje radiobakentjes

Zelfstandig naamwoord

het radiobakeno

  1. (elektronica), (verkeer) (communicatie) radiozendstation op een zee- of luchthaven of langs een luchtroute, dat dient als hulpmiddel om de koers voor schepen en vliegtuigen te bepalen
    • De nauwkeurigheid wordt vergroot door aanvullend op het GPS-signaal gebruik te maken van radiobakens op aarde met bekende opstelpunten.[1] 
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid

Verwijzingen