• (IPA in voorbereiding)
  • pracht·ma·na·kin
enkelvoud meervoud
naamwoord prachtmanakin prachtmanakins
verkleinwoord prachtmanakinnetje prachtmanakinnetjes

prachtmanakin

  1. (zangvogels) Chiroxiphia pareola   een vogel uit de familie der manakins (Pipridae). Het verenkleed is donkergekleurd met een blauwe mantel en op de kop een rode kruin. De lichaamslengte bedraagt 12 cm. Het mannetje is polygaam, maar zal zich niet bemoeien met de nestbouw of het verzorgen van de jongen