• piz·ze·ria
  • Leenwoord uit het Italiaans, in de betekenis van ‘pizzarestaurant’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1984 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord pizzeria pizzeria's
verkleinwoord pizzeriaatje pizzeriaatjes

de pizzeriav

  1. een restaurant dat zich toelegt op pizza's
    • We hadden geen zin om te koken, dus hebben we bij een pizzeria gegeten. 
97 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]


  • piz·ze·ri·a
enkelvoud meervoud
pizzeria pizzerie

pizzeria v

  1. pizzeria