pieperleeuwerik

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  pieperleeuwerik    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• pie·per·leeu·we·rik

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  pieper zn  en  leeuwerik zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	pieperleeuwerik	pieperleeuweriken
verkleinwoord	pieperleeuwerikje	pieperleeuwerikjes

Zelfstandig naamwoord

de pieperleeuwerik m

1. (zangvogels) Calendulauda poecilosterna  een zangvogel uit de familie Alaudidae  (leeuweriken). Deze soort komt voor in de savannen van zuidelijk Ethiopië tot Kenia, oostelijk Oeganda en noordelijk Tanzania

Hyperoniemen

• leeuweriken, zangvogels, vogels, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren

Gangbaarheid

• Het woord 'pieperleeuwerik' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.