Nederlands

 
Nlad en bloesem
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • pe·ter·se·lie·vlier
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord peterselievlier peterselievlieren
verkleinwoord peterselievliertje peterselievliertjes

Zelfstandig naamwoord

de peterselievlierm

  1. (bloemplanten) Sambucus nigra var. laciniata   een variëteit van de gewone vlier die zich in de natuur heeft gevestigd. Peterselievlier groeit snel. Na tien jaar kan de struik een hoogte bereiken van drie meter. De bladeren zijn dubbel geveerd, ze zijn diep ingesneden waardoor ze gelijkenis vertonen met peterselie. De struik bloeit in mei-juni in een tuil, de bloemkleur is wit. De zwarte steenvruchtjes hangen in trossen
Hyperoniemen


Gangbaarheid

Meer informatie