percent
- per·cent
het percent o
- voor elke honderd
- De kinderen gingen in Harlem naar een school met nog voor tien percent blanke leerlingen, maar tussen de kinderen was de verhouding erg goed. [4]
- vergoeding die als percentage over een bedrag wordt berekend
- 'k Heb een syndicaat, 'k heb een agent
d'een werkt per tarief, de ander op percent
Degenen die, zoals ik, werken op 't sentiment
Worden door 't leven niet lang verwend [5]
- 'k Heb een syndicaat, 'k heb een agent
- [1] procent
- Het meervoud en het verkleinwoord worden alleen in de tweede betekenis gebruikt.
- Het woord percent staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "percent" herkend door:
86 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[6] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "percent" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ percent op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Vroman, L.geciteerd in:Marissing, L. van28 interviews. (1971) Meulenhoff, Amsterdam; ISBN 90 290 0091 0; p.75; geraadpleegd 2018-06-17
- ↑ Groenewoud, R. van het
Je veux de l'amour
(1980) op website: scip.be; geraadpleegd 2018-06-17
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be