peper-en-zoutstel
- Geluid: peper-en-zoutstel (hulp, bestand)
- IPA: / ˌpepərɛnˈzɑutstɛl / (5 lettergrepen)
- pe·per-·en-·zout·stel
- samenstelling van "peper en zout" zn en stel zn , geschreven met koppeltekens volgens spellingregel 6.D
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | peper-en-zoutstel | peper-en-zoutstellen |
verkleinwoord | peper-en-zoutstelletje | peper-en-zoutstelletjes |
het peper-en-zoutstel o
- (huishouden) twee bij elkaar passende vaatjes voor de eettafel, één voor peper en één voor zout
- Ze kregen een prachtig peper-en-zoutstel van hun tante.
- ▸ En hoe kun je je echt in een restaurant wanen? "Met een wit laken", zegt Dike. "Als het ergens te nat is, kun je ook een geruite plaid en witte servetten gebruiken. Neem een peper-en-zoutstel mee en zet dat op je tafel."[1]
- Het verkleinwoord "peper-en-zoutstelletje" heeft nog enkele figuurlijke betekenissen.
- Het woord peper-en-zoutstel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Weblink bron Germieke Smits“Soep in een thermosfles, wit tafelkleed: buiten restaurantje spelen” (18 november 2020) op nu.nl